Studie G-sport Vlaanderen en KU Leuven: 1 op de 3 mensen met beperking sport nooit

Eén op de drie mensen met een beperking heeft het afgelopen jaar helemaal niet gesport. En van de G-sporters doet 45% dat niét in een club. Dat blijkt uit een nieuwe studie van de KU Leuven in opdracht van G-sport Vlaanderen naar hoe mensen met een beperking, psychische kwetsbaarheid of chronische aandoening sporten. “De resultaten bevestigen duidelijk dat we moeten blijven inzetten op sensibilisering en het verbreden van het sportaanbod. Dat betekent ook de samenwerking opzoeken met andere beleidsdomeinen die sport versnellen, zoals mobiliteit en welzijn”, aldus Stef Dehantschutter, voorzitter van G-sport Vlaanderen. Verder G-sportonderzoek blijft daarbij essentieel. De federatie zal dit onderzoek alvast om de vier jaar herhalen.

Wie sport, doet dat vooral om plezier te maken. Maar ook sociale contacten en gezond bezig zijn, zijn belangrijke motivatoren. Dat is niet anders voor G-sporters: sporters met een beperking, psychische kwetsbaarheid of chronische aandoening. Helaas ligt de drempel voor (potentiële) G-sporters om een sporthal om de hoek binnen te stappen, of om zich in te schrijven bij een club of een lokaal sportevenement een pak hoger dan bij reguliere sporters. 

“In de algemene bevolking heeft 12% het afgelopen jaar niet aan sport gedaan, terwijl dat cijfer bij mensen die aan G-sport kunnen doen bijna drie keer zo hoog ligt (31%). Ten opzichte van de nulmeting in 2018 zien we een stijging in G-sportparticipatie maar er is nog veel werk aan de winkel, en maatwerk is daarbij essentieel. ​ Met ons onderzoek toonden we aan dat ‘de G-sporter’ niet bestaat: de motivatoren en drempels verschillen namelijk per doelgroep. Daarnaast kunnen ook andere factoren, zoals bijvoorbeeld de ernst van de beperking en het voorkomen van meervoudige beperking, een sterke invloed hebben. De deelnemers geven zelf aan dat hun beperking zelf, vermoeidheid of hulp nodig hebben om op een sportactiviteit te geraken de grootste drempels vormen.” Debbie Van Biesen, hoofdonderzoeker KU Leuven

Breed sportaanbod, ook voor ongebonden sporter

Bijna zeven op de tien G-sporters vonden het afgelopen jaar wel de weg naar een sportclub, lokaal sportevent of sporthal in de buurt. Meer dan de helft (55,2%) van zij die regelmatig sporten, doet dat in een sportclub. Toch sport bijna 45% buiten een traditionele clubomgeving, vaak individueel of met vrienden. Niet-regelmatige sporters zijn voornamelijk ongebonden en missen aansluiting bij clubs of georganiseerde activiteiten. 

“De resultaten tonen dat we moeten blijven inzetten op wat werkt: streven naar een breed sportaanbod en continue sensibilisering rond G-sport. Willen we evolueren naar een breed aanbod op maat van elke G-sporter, dan moeten alle actoren binnen, maar ook buiten de sportsector oog hebben voor G-sporters. Bovendien zal de samenwerking met andere beleidsdomeinen, zoals bijvoorbeeld mobiliteit en welzijn, cruciaal zijn. Zo zetten we binnen de welzijnssector al G-sportcoaches in tijdens het revalidatieproces, om zo de drempel naar sport te verlagen. Alleen door overkoepelend samen te werken, kunnen we ervoor zorgen dat echt iedereen, ook de ongebonden G-sporter, de voordelen van sport kan ervaren.”
​Stef Dehantschutter, voorzitter van G-sport Vlaanderen

Top vijf sporten

Zwemmen blijkt dé favoriete activiteit van G-sporters. Maar ook wandelen, recreatief fietsen, fitness en lichaamsoefeningen halen de top vijf van vaakst gekozen sporten. Voetbal en basketbal zijn de enige teamsporten die in de lijst voorkomen bij de regelmatige G-sporters. Het zijn ook vooral de fervente sporters die vaker kiezen voor teamsporten, terwijl sporadische G-sporters eerder individuele sporten beoefenen zoals zwemmen en recreatief fietsen. Ook qua leeftijd is er een verschil: jongere G-sporters verkiezen vaker teamsporten en vechtsporten, terwijl volwassenen eerder kiezen voor lichaamsoefeningen, fitness en wandelen. 

Verder sportonderzoek

G-sport Vlaanderen wil de komende jaren blijvend onderzoek voeren naar G-sportparticipatie, en wil deze kwantitatieve studie om de vier jaar herhalen, zodat evoluties gemeten kunnen worden. In de tussentijd wordt ook diepgaander onderzoek naar specifieke drempels ingepland. Zo wil G-sport Vlaanderen beter leren begrijpen wat de drempel ‘Mijn aandoening hindert mij’ betekent.

“We moeten ernaar streven om volwaardig sporten voor iedereen mogelijk te maken in Vlaanderen. Dat betekent dat sporters met een beperking inclusief sporten waar het kan, en exclusief waar het nodig is. G-sporters moeten dag in dag uit al genoeg drempels overwinnen in hun dagelijkse leven. Sporten biedt niet alleen fysieke voordelen, maar draagt ook bij aan de mentale gezondheid, sociale contacten en een beter zelfbeeld.”
​Annick De Ridder, Vlaams minister van Sport

***

Over G-sport Vlaanderen
​G-sport Vlaanderen is de Vlaamse unisportfederatie G-sport voor personen met een beperking, psychische kwetsbaarheid en chronische aandoening. De organisatie werkt in Vlaanderen een aanbod uit voor alle leeftijden, zowel op recreatief, competitief als topsportniveau. G-sport Vlaanderen streeft naar zowel normalisatie als naar inclusie en integratie van G-sporters door middel van campagnes en activiteiten, en werkt hiervoor samen met een netwerk van reguliere federaties, professionals, en vrijwilligers binnen de sportsector, en andere maatschappelijke actoren. Door deze samenwerkingen verlegt G-sport Vlaanderen grenzen, met als einddoel dat mensen volgens hun eigen behoeften, mogelijkheden en ambities op een gezonde, kwaliteitsvolle en plezante manier kunnen sporten en bewegen. Bovendien begeleidt en ondersteunt G-sport Vlaanderen 130 G-sportclubs op maat.